radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Helft automobilisten gebruikt telefoon tijdens rijden

De helft van de automobilisten (51%) gebruikt zijn telefoon tijdens het rijden wel eens op een manier die niet is toegestaan. Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag. In de groep tot 45 jaar maakt zelfs driekwart (75%) zich hier schuldig aan. Aan het onderzoek deden 25.000 mensen mee, waaronder 20.000 die regelmatig autorijden en in het bezit zijn van een mobiele telefoon.

De smartphone wordt het meest gebruikt om te navigeren (31%), WhatsApp berichten te lezen (24%)of te versturen (12%) en om muziek op te zetten (19%). Ook gebruikt één op de vijf zijn telefoon om een nummer op te zoeken of te bellen tijdens het rijden (21%).

'Ik rijd minder veilig'

De ondervraagde automobilisten die hun telefoon gebruiken tijdens het rijden zijn zich wel degelijk bewust van het gevaar van hun gedrag. Acht van de tien (82%) zeggen dat het hun rijgedrag negatief beïnvloedt: 40% zegt dan iets minder veilig te rijden en 42% zelfs veel minder veilig. Vooral hun overzicht van de verkeerssituatie neemt af (63%), maar ook de reactiesnelheid en de controle over hun auto zijn minder goed.

Eén op de vijf  van alle ondervraagden heeft wel eens bijna- ongeluk meegemaakt omdat een andere automobilist of zij zelf met hun telefoon bezig waren tijdens het rijden.

Driekwart wil celstraf bij ongeval door mobiel in auto

Bestuurders die met hun mobiele telefoon in de hand  een ongeval met ernstig blijvend letsel  of een fataal ongeluk veroorzaken, komen veel te makkelijk weg met een taakstraf. Zij zouden minimaal een celstraf moeten krijgen. Ook wie een ernstig ongeluk veroorzaakt onder invloed van alcohol moet altijd een celstraf krijgen volgens 83 procent van de ondervraagden. Minister Blok van Veiligheid en Justitie werkt nu aan wetgeving om daders van ernstige verkeersdelicten zwaarder te bestraffen.

Appen net zo bestraffen als alcohol

De deelnemers vinden ook de straf voor handheld bellen of appen zonder dat er een ongeluk plaatsvindt veel te laag. Een telefoon vasthouden tijdens het rijden kost een bestuurder nu 230 euro. Straffen voor alcoholgebruik liggen veel hoger. Volgens acht van de tien (80%) ondervraagden moet  gebruik van een mobiele telefoon net zo zwaar bestraft worden als rijden onder invloed. Onlangs stuurde Veilig Verkeer Nederland een brandbrief met dit voorstel naar minister Blok.

Over het onderzoek

Aan het onderzoek deden 25.000  leden van het EenVandaag Opiniepanel mee, waaronder 20.000 mensen die regelmatig auto rijden en een mobiele telefoon hebben.

Het onderzoek is gehouden van 30 augustus tot en met 1 september 2017.

Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 55.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek. De uitslag van de peilingen onder het EenVandaag Opiniepanel zijn na weging representatief voor zes variabelen, namelijk leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2017.

Panelleden krijgen ongeveer één keer per week een uitnodiging om aan een peiling mee te doen. Op de meeste onderzoeken respondeert 50 tot 60 procent van de panelleden.

Lees hier de rapportage van het onderzoek 'Verkeer en Veiligheid' 

 

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Coalitie terughoudend over verder verhogen defensiebudget, 'maar met NAVO-norm van 2 procent redden we het niet'

Coalitie terughoudend over verder verhogen defensiebudget, 'maar met NAVO-norm van 2 procent redden we het niet'
Minister Ruben Brekelmans (VVD) bij de presentatie van de nieuwe Defensienota
Bron: ANP

De wereld wordt onveiliger en dus moeten de defensie-uitgaven nog verder omhoog, zeggen deskundigen. Net nu ons budget voldoet aan de NAVO-norm van 2 procent, barst de discussie weer los: "Een geloofwaardige afschrikking ga je zo gewoon niet redden."

Hoewel het ons land jaren kostte om te komen tot een defensiebegroting van 2 procent van het bruto binnenlands product, is die norm nu al achterhaald, zegt Frans Osinga. Hij was F16-vlieger en luchtmachtgeneraal, en is tegenwoordig hoogleraar War Studies aan de Universiteit Leiden.

Geloofwaardige afschrikking

Nederland geeft nu jaarlijks ruim 21 miljard euro uit aan Defensie, maar dat is niet voldoende, zegt Osinga. "Die twee procent is gebaseerd op de situatie in 2014, toen Rusland de Krim innam en de NAVO besloot zich weer te gaan focussen op artikel 5 van het NAVO-verdrag. Die gaat over de collectieve verdediging van het bondgenootschap."

"De NAVO is toen gaan werken aan een nieuwe afschrikkingsstrategie", legt de oud-generaal uit. "De vorige was niet geloofwaardig meer. Die beloofde namelijk Rusland een afstraffing te geven, mocht dat land agressief worden."

Bekijk ook

VS willen niet meer voor de kosten opdraaien

De strategie uit 2014 is achterhaald, denkt Osinga. "In de praktijk zouden we de Russen niet tegen kunnen houden, mochten ze bijvoorbeeld de Baltische staten binnenvallen. Dat vinden ze daar, maar ook bijvoorbeeld in Polen, geen geruststellende gedachte."

De nieuw herkozen Amerikaanse president Donald Trump heeft in zijn verkiezingscampagne al aangegeven dat hij verwacht dat zijn NAVO-bondgenoten hun bijdrage ophogen naar 3 procent van hun economie. De VS willen niet langer voor alle kosten opdraaien. Osinga: "We zijn sinds de jaren negentig verslaafd aan de Amerikaanse militaire bijdrage. Dat kan niet meer."

Niet vastpinnen op 3 procent

Er is een hoop nodig om de afschrikking weer op niveau te brengen, zegt Osinga. "Je hebt meer F-35-straaljagers nodig, langeafstandsraketten, raket- en luchtverdediging, veel meer troepen en veel meer munitie. En je moet je inzet kunnen voortzetten, zodat Rusland niet de indruk krijgt dat het een slijtageslag kan winnen. Alles bij elkaar opgeteld, red je het niet met 2 procent. Vandaar dat de Polen intussen naar 4 procent gaan, en de Baltische staten naar 3,5 procent."

De Tweede Kamer besloot onlangs om de Nederlandse NAVO-bijdrage in de wet vast te leggen: 2 procent is de minimumbijdrage. Nu is de vraag of Nederland het verzoek van Trump opvolgt en naar 3 procent gaat. Binnen de coalitie wil geen enkele partij zich daar al over uitspreken.

Bekijk ook

Eerst bij de NAVO overleggen

De VVD wil het debat in Europa afwachten, zegt Kamerlid Christianne van der Wal. "Ik ga me niet vastpinnen op percentages. Waar het om gaat is dat we doen wat nodig is om ons land veilig te houden. Trump is vanaf januari de grote baas, dus kan hij een grotere bijdrage vragen. We gaan het er eerst in de NAVO over hebben, dan in Europa, en dan hier."

Ook NSC-kamerlid Olger van Dijk wil niet van percentages spreken. "Die 2 procent is een absolute ondergrens. Het is heel positief dat Nederland, maar ook andere lidstaten, die grens niet alleen in zicht krijgen, maar er ook overheen gaan. De komende maanden en jaren moeten we het gesprek voeren over wat er nodig is, en dan kan het goed zijn dat dat meer is dan dat we nu uitgeven."

CDA: verhoging is onvermijdelijk

Het CDA denkt dat een verhoging van de uitgaven naar 3 procent van het bbp onvermijdelijk is. "Jarenlang hebben we geteerd op het budget van de Amerikanen," zegt Kamerlid Derk Boswijk van die partij. "Die hebben ook capaciteiten die wij als Europese landen niet hebben. Als de Russen nu binnenvallen, zijn we zonder Amerikaanse hulp na een paar dagen klaar."

"We moeten inventariseren welke capaciteiten we zelf moeten gaan optuigen. Dan kom je tot de conclusie dat er meer euro's bij moeten", vervolgt Boswijk. "Ik hoop dat we bij de NAVO-top volgend jaar met een concreet plan komen. En dan zul je uiteindelijk op die 3 procent uitkomen, ja."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Donald Trump wil 11 miljoen ongedocumenteerde migranten het land uitzetten, maar kan dat? 'Ongekend in Amerikaanse geschiedenis'

Donald Trump wil 11 miljoen ongedocumenteerde migranten het land uitzetten, maar kan dat? 'Ongekend in Amerikaanse geschiedenis'
Ongedocumenteerde migranten proberen de grens tussen Mexico en Texas over te steken.
Bron: EenVandaag

Het is een van Trumps belangrijkste verkiezingsbeloftes: hij wil in vier jaar tijd zoveel mogelijk van de 11 miljoen ongedocumenteerde immigranten deporteren. De vraag is of dat wel mogelijk is. "Kost ongelofelijk veel mankracht."

"Ik heb een boodschap voor de miljoenen illegale immigranten. Je kunt maar beter vast je spullen pakken." Met die boodschap zet Tom Homan de toon. Het is een van de eerste benoemingen die door Trump bekend wordt gemaakt: Homan wordt het nieuwe hoofd van immigratiedienst ICE.

'Ongekend in Amerikaanse geschiedenis'

Homan staat bekend als een hardliner en wordt Trumps 'grens-tsaar' genoemd. Hij krijgt verregaande bevoegdheden om achter de naar schatting 11 miljoen ongedocumenteerde mensen in de Verenigde Staten aan te gaan. In bijna vijf procent van de Amerikaanse huishoudens woont ten minste één persoon zonder papieren.

"Wat we nu zien is ongekend in de moderne Amerikaanse geschiedenis", zegt Kathleen Bush-Joseph. Ze werkt als onderzoeker voor het Migration Policy Institute in Washington DC. "Dat er iets gedaan moet worden aan migratie is duidelijk", zegt ze. "Maar het is wel de vraag of massadeportatie de oplossing is."

Bekijk ook

Enorme achterstand

We bespreken met haar wat we de komende jaren kunnen verwachten als Trump zijn plannen gaat uitvoeren. "Het echte probleem van het Amerikaanse migratiesysteem is dat het hopeloos verouderd is", legt ze uit.

De Amerikaanse immigratiedienst kampt met enorme achterstanden, omdat veel aanvragen nog worden ingediend op papieren formulieren die ingescand moeten worden. De achterstand is daarom amper weg te werken. "Zolang ze dat probleem niet aanpakken is massadeportatie praktisch onmogelijk."

Huis na huis afgaan

Daarnaast wijst Bush-Joseph erop dat er nu niet genoeg agenten, vliegtuigen en rechters zijn om in korte tijd miljoenen mensen het land uit te zetten.

"Het deporteren van grote groepen migranten die gearresteerd worden aan de grens met Mexico is veel makkelijker dan het opsporen van de miljoenen migranten die vaak al jarenlang verspreid door de VS wonen", zegt ze. "Je hebt agenten nodig die huis na huis afgaan om ze te vinden. Dat kost ongelofelijk veel mankracht."

Bekijk ook

Opsluiten in gevangenissen

Als het al lukt om illegale migranten te vinden duikt er een ander probleem op. Landen van herkomst weigeren ze vaak terug te nemen.

"Op dit moment komen de meeste migranten uit Venezuela, maar dat land werkt aan geen enkel verzoek mee", zegt Bush-Joseph. "Dat betekent dat migranten opgesloten worden in gevangenissen en uitzetcentra die nu al overvol zitten."

Mensen met strafblad makkelijker te vinden

Toch denkt ze wel dat het Trump kan lukken om in korte tijd honderdduizenden illegale migranten uit te zetten. Het gaat dan vooral om mensen die veroordeeld zijn voor kleine en grote misdrijven en die dus makkelijk te vinden zijn.

"Als Trump er echt veel geld voor beschikbaar stelt, kan hij in een paar jaar echt miljoenen migranten deporteren", zegt Bush-Joseph. "Maar of dat wenselijk is, is maar de vraag."

Kans op recessie

Een onderbelichte bijwerking van massadeportatie is een recessie, waarschuwt ze. "Veel immigranten werken keihard in sectoren waar nu al vaak een personeelstekort is. Veel boeren zijn afhankelijk van illegale migranten en ook in de bouwsector zijn ze overal te vinden", legt ze uit.

"Als er op grote schaal migranten worden gedeporteerd kan dat de prijzen enorm opdrijven en kan het land zelfs in een recessie terechtkomen die groter is dan tijdens de bankencrisis vijftien jaar geleden."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant